Ontwrichting

Ook wel luxatie genoemd door experten

Wat is luxatie?

Wanneer we iets ontwrichten – ook wel "luxatie" genoemd door experten – dan worden de gewrichtsoppervlakken van elkaar gescheiden. U kent zeker en vast de term "ontwrichting". Het gewricht schiet als het ware uit de kom. De gewrichtsoppervlakken staan dan niet meer tegen elkaar, maar draaien dan toch terug naar hun initiële positie.

Ontwrichting treedt het vaakst op in de schouder, aan de elleboog of in de vingers. Het goede nieuws: een gewricht kan meestal snel weer teruggezet worden. Soms regenereert een (sub)luxatie spontaan vanzelf indien het gewricht niet volledig uit de kom geschoten is.

Anatomie en functie van de gewrichten

Er bestaan verschillende soorten gewrichten in het menselijk lichaam: scharniergewrichten zoals in de knieën, ellebogen en vingers, het rolgewricht tussen de ellepijp en het spaakbeen en het zadelgewricht aan de basis van de duimen. Kogelgewrichten bestaan uit een kom en een bal, waardoor er alle kanten op bewogen kan worden, bijvoorbeeld de heup en de schouder.

Gewrichten bestaan in het algemeen uit een gewrichtskop en een gewrichtsholte. Deze worden gescheiden door een laag kraakbaan. Het gewrichtskapsel omsluit het gewricht en vormt samen met de ligamenten, pezen en spieren een beschermend omhulsel. In vergelijking met andere gewrichten, kan de schouder heel gemakkelijk uit de kom schieten. De gewrichtsholte is maar klein in verhouding tot de humuruskop. Hierdoor is het gewricht zeer mobiel, maar tegelijktijd ook instabiel.

Tekenen en symptomen

De symptomen van een ontwrichting zijn heftige pijn bij beweging en druk, evenals zwelling, bloeduitstorting, verkeerde stand van het gewricht en beperkte beweeglijkheid. Indien er ook zenuwen geraakt zijn, gaat dit gepaard met kriebels en gevoelloosheid. 

De dokter ondervindt door te tasten of de gewrichtsholte leeg is. Gewoonlijk neemt hij röntgenfoto's om secundaire letsels, zoals een scheur in het gewrichtskapsel of in de ligamenten of gebroken botten, uit te sluiten.

Risicofactoren en oorzaken

Luxatie van vingerkootjes komen vaak voor bij volleybalspelers. Bijvoorbeeld, wanneer je de bal terug wil spelen met gestrekte vingers. Ontwrichting van de schouder of elleboog gebeurt daarentegen gewoonlijk bij het vallen.

Iedereen probeert automatisch een val te breken met armen en handen. Door de impact wordt niet alleen het bot uit de schouderkom geduwd, maar ligamenten, pezen en spieren worden ook geraakt. Dit is de reden waarom de kans op ontwrichting van de schouder hoger is, als het voordien al eens ontwricht is geweest. 

Bij patiënten met chronische instabiliteit, d.w.z. als het gewricht niet correct gevormd is of als het ligamentaire bewegingsapparaat van het schoudergewricht te soepel geworden is, kan er zich een spontane luxatie (courante ontwrichting) voordoen zonder inwerking van buitenaf.

Preventie

Het is onmogelijk om ontwrichtingen te voorkomen. Maar goedgetrainde spieren en coördinatietraining kunnen helpen om de gewrichten gezond te houden. Een goede uitrusting en een defensief gedrag beschermen je tegen botsingen en vallen tijdens sportactiviteiten.

Hoe kan een ontwrichting behandeld worden?

Als eerstehulpmaatregel moet u het gewricht zo mogelijk stabilseren en afkoelen. Een geluxeerd gewricht mag alleen door de arts behandeld worden – en dit zo snel mogelijk.

Afhankelijk van de pijngevoeligheid van de patiënt, wordt er een plaatselijke verdoving gebruikt voor kleine ontwrichtingen, bijvoorbeeld van een vinger. Als de schouder uit de kom geschoten is, is er echter een volledige narcose noodzakelijk (dissociatieve anesthesie).

Er zijn verschillende technieken om een geluxeerde schouder terug in de kom te duwen. Ze zijn allemaal gebaseerd op hetzelfde principe: trekken aan de bovenarm. De arm wordt tegelijkertijd naar buiten gedraaid. De humeruskop schiet terug in de kom en de schouder bevindt zich dan terug in zijn initiële positie. Daarna moet het gewricht 8 tot 10 dagen gestabiliseerd worden met behulp van een elastische bandage, een spalk of een gipsverband.